Mede naar aanleiding van de ontstane commotie en aanhoudende kritiek vanuit diverse gemeenschappen heeft het Nationaal Instituut Nederlands Slavernijverleden en Erfenis (NiNsee) bekendgemaakt dat de uitnodiging aan Tweede Kamervoorzitter Martin Bosma voor de Nationale Herdenking Slavernijverleden is ingetrokken. Voorzitter Linda Nooitmeer licht toe dat de focus van de herdenking op het slavernijverleden moet liggen, niet bij de aanwezigheid van Bosma.
“Reflecteer, of stuur een vervanger.”
De beslissing volgt na een ontmoeting tussen Bosma en Nooitmeer in Den Haag, waarin Bosma aangaf niet van plan te zijn excuses te maken voor zijn eerdere uitspraken over het slavernijverleden. Deze uitspraken, waaronder het omschrijven van het herdenkingsjaar als “slavernijgedram” en “anti-blank racisme“, hebben ophef veroorzaakt. Als ook uitspraken van Bosma over de door de Staat gerehabiliteerde slavenleider en verzetsheld Tula. “Dergelijke uitspraken zijn een klap in het gezicht van de nazaten van tot slaaf gemaakte mensen,” aldus Nooitmeer.
Bosma benadrukt dat hij als voorzitter van de Tweede Kamer geen standpunt kan innemen over uitspraken die hij als Kamerlid heeft gedaan.
Ondanks een voorstel van NiNsee om een vervanger te sturen, zal er nu niemand namens de Tweede Kamer een krans leggen bij de herdenking. Wel zullen individuele Kamerleden aanwezig zijn.
Het demissionaire kabinet komt met tien bewindspersonen, inclusief premier Rutte en drie vicepremiers, 1 juli aanwezig bij de herdenking in het Oosterpark te Amsterdam. Namens het demissionaire kabinet zal demissionair minister Robbert Dijkgraaf van OCW een toespraak houden.